(met input van Isabel Robben en Blis Muis)

’s Ochtends speelden we de laatste wedstrijd van het seizoen. In de stralende zon, gewonnen met 6-0. Daarna gingen we lunchen. Cees had de tafels gedekt met wit papier en iedereen had lekkere hapjes meegebracht of iets te drinken. 

Dat zag er feestelijk uit en het was heel lekker.

Daarna gingen we op de fiets naar De Kuip. Fietsen in zo’n grote groep is wel een beetje anders dan alleen met je vader of je moeder. Je moet extra opletten, maar het ging heel goed. 

Straks als we naar het nieuwe clubhuis gaan kunnen we misschien wel met elkaar afspreken om er samen naar toe te fietsen.

Wat was het allerleukst? 

Dat we op het veld mochten. Met het hele team zongen we ‘hand in hand kameraden’. 

Dat het heel leerzaam was. Leen – onze gids – vertelde over hoe het vroeger ging. Dat er tussen het veld en de tribune er dan wilde dieren liepen. Alleen als Feyenoord tegen Ajax speelde; leeuwen in de zomer en krokodillen als het regende. (Alleen weten we niet zeker of dat echt waar is.)

We kregen een boekje aan een keycord met een speurtocht erin. Dat was leuk om te doen. We hebben niet alle vragen kunnen doen, maar dat konden we thuis verder afmaken.

Raar dat er een stuk haar in het museum lag (De staart van John de Wolf) ieuw super vies. Daar vind je ook de meeuw die uit de lucht geschoten werd bij een hoge uittrap door de keeper (Eddy Treijtel in de wedstrijd Sparta-Feynoord 1970). 

De persruimte was heel mooi, met mooie stoelen. We mochten er ook op zitten en deden net als de spelers en de journalisten!

De ijsjes van Hijs waren superlekker, maar dat is logisch, dat zijn ze altijd daar!